woensdag 28 januari 2015

Ritnaalden bestrijden

Ritnaalden zelf zijn niet te bestrijden. Belangrijke schade kan echter voorkomen worden door de kniptorren te bestrijden. Nadat er een piek is vastgesteld in het aantal gevangen kniptorren kan een bestrijding worden uitgevoerd met pyrethrum (Spruzit).


Hierbij dient voldoende water te worden gebruikt om onderin de gewassen te kunnen komen. Bestrijding dient in het voorjaar en vroege zomer te gebeuren, daar ze dan naar de oppervlakte komen.

Anderzijds boren ze ook in jonge wortels van jonge planten waardoor deze verwelken. De kniptor zet in mei-juni haar eitjes vooral af in grassen en dicht onkruid. Als jonge plantjes op één nacht afgebeten worden van hun wortel, dan heb je wellicht ritnaalden (larven van de kniptor) en emelten (larven van de langpootmug) in je moestuin.


Hun soms massale aanwezigheid is meestal te verklaren door verterende graszoden, typisch voor een pas ontgonnen moestuin. Meng deze middelen tegen ritnaalden altijd goed door de grond. Miljoenpoten, vooral de gespikkelde miljoenpoten Blaniulus guttulatus, zijn zeer schadelijk en moeilijk te bestrijden.


Miljoenpoten worden jaar oud en produceren veel nakomelingen met alle schade van dien.

Daarom is ook besloten om naast de proef met biologische bestrijding van ritnaalden , ook de miljoenpoten mee te nemen. In de rij kan kg worden gebruikt bij het planten. Een 1 bestrijding van ritnaalden blijft lastig, omdat de omstandigheden bepalen wanneer de ritnaalden naar de planten gaan.


Een aantal insecten, waarvan de ritnaalden een van de belangrijksten zijn, veroorzaken schade in mais. Door de algemeen toegepaste zaaizaadbehandelingen wordt de meeste schade voorkomen. In andere Europese landen komen insecten voor die mogelijk in de toekomst ook in Nederland een rol kunnen spelen.


De ritnaald of koperworm is de larve van de kniptor. In aardappelen en wortels vreten ze gangen. In sla, kool, witlof en suikerbiet kunnen ze een gat boren in de wortelhals waardoor deze verwelken. Uit deze eitjes komen larven die zich voeden met organische stof en met plantaardig materiaal. Ze voelen zich het best in vochtige, vaste grond en zijn verzot op de wortels van aardappelen, ui, sla, wortelen en andere groenten.


Gezien ritnaalden van vochtige gronden houden, leggen ze meestal eitjes in graslanden, percelen met groenbemesters en graanpercelen. Veel gewassen kunnen door ritnaalden aangetast worden: aardappelen, wortelen, uien en rapen maar ook jonge plantjes zoals sla, kruiden, kolen, witloof en mais verwelken na vraatschade. Jonge ritnaalden eten in het eerste jaar van hun leven vooral dood organisch materiaal. Grotere ritnaalden vreten wonden in de ondergrondse delen van de plant zoals zijn wortels en stam.


Ons advies tegen ritnaalden in aardappelen.

Daarom veroorzaken ritnaalden op percelen met meerjarig grasland als voorvrucht, de meeste schade in suikerbieten. Dit kan tot wel jaar na het scheuren van graslan omdat ze een vier- tot vijfjarige levenscyclus hebben (figuur 1.18). Teelt u mais op gescheurd grasland?


Dan ligt schade door ritnaalden minimaal jaar lang op de loer. Vooral het 2de jaar na scheuren is de kans op ritnaaldschade in mais groot. Door gebruik te maken van Sonido-ontsmet maiszaad verkleint u de kans op schade.


Gras is een waardplant voor ritnaalden. De meest schadelijke soorten zijn Agriotes lineatus en Agriotes obscurus. Een partij aardappelen met vraatschade kan sterk in waarde teruglopen en worden afgekeurd.


Doordat de gaatjes van ritnaalden vaak klein zijn, is een aangetaste partij meestal moeilijk uit te lezen. Belan-grijke schade kan echter voorkomen worden door de kniptorren te bestrijden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.

Populaire posts